Zware storm...

Dag 19

3 juli 2014

Reykholareppur - Grundarfjordir

308 Km

Deze ochtend bij het wakker worden zonk de moed me in de schoenen. Een rit van bijna 200 km voor de boeg en het waait verdomme hard. Gelukkig is het nog erg vroeg en kan ik me nog eens omdraaien. Wie weet veranderd het weer dan wel hoop ik stilletjes. Maar zo werkt het natuurlijk niet. De gastvrouw heeft ook compassie en zegt me dat ik gerust zo lang mag wachten met vertrekken als ik zelf wil. Ik bedank haar vriendelijk, maar zeg ook dat de reservatie voor die avond al vastligt en dat ik niet verwacht dat het weer nog zal veranderen in de loop van de dag. Toch stel ik het vertrek langer uit dan ik gewend ben. Neem dus rustig een uitgebreid ontbijt en kleed me daarna langzaam om. Alsof het zal helpen. Om 9 uur zit ik in het zadel, klaar voor een lastige dag. En ja hoor de hoek nog maar om of het spel begint al. De wind komt met onverwachte en harde vlagen. De ene keer van links de andere keer van rechts. Je kan je er gewoon niet goed op voorbereiden. Het regent gelukkig niet meer, maar dat zal ook niet blijven duren als ik de lucht zo zie.

Maar kijk, eens de berg over komt er zelfs een straaltje zon piepen. De wind blijft, maar dit is al leuker rijden. Een paar keer kan ik het niet laten om toch te stoppen en foto’s te maken. Veel zijn het er niet, want ik wil eigenlijk alleen maar zo vlug mogelijk ‘thuis’ geraken. Thuis is vandaag; Farfuglaheimilið Grundarfjörður. Een hostel in een kleine stad op het schiereiland Snaefellsjökul. Als je ‘jökul’ in een woord ontdekt weet je dat je met een gletsjer te maken hebt en hier is dat niet anders. Het is hier ook dat Jules Verne zich liet inspireren tot het boek ‘Naar het midden van de aarde’. Het is een natuurgebied intussen en niet zonder reden. Echt erg mooi, maar het weer hé…

In het centrum van, de stad is een infocentrum waar gratis internet ter beschikking staat. Het is tegelijk de plaatselijke bibliotheek en je kan er vele soorten koffie krijgen. Ik bestel een ‘regular' voor omgerekend € 2,00 en mag daarvoor mijn kopje zo vaak bijvullen als ik wens. Dit is trouwens overal zo. Al kan de prijs al eens verschillen. Gisteren was hij in het winkeltje waar ik een paar inkopen deed zelfs gratis. Een man vraagt me lachend in het Nederlands of ik met de moto ben. Hij en zijn vrouw hadden gemerkt dat het niet echt makkelijk rijden was met die wind. Op mijn vraag of hij wil ruilen komt niet direct een antwoord. Er zit nog een Nederlandse vrouw in het centrum. Zij is fotografe en met het openbaar vervoer. Had niets gereserveerd van logies en merkt intussen dat dat niet zo’n goed idee was. In Januari was ze ook al hier geweest en ze vertelt enthousiast hoe mooi het dan ook wel niet is. Ik geloof haar en zou het ook wel zien zitten om hier naar het Poollicht te komen kijken. Maar dan niet met de moto natuurlijk.

Na de koffie rij ik naar het hostel, maar daar is het nog te vroeg om in te checken. De man achter de balie vraagt minimum nog een uur weg te blijven en stelt me voor een koffie te gaan drinken in... het infocentrum. Eerst lijkt me dat een goed idee, maar eigenlijk is het weer opgeklaard heb ik de indruk en kan ik net zo goed de ronde van het schiereiland vandaag doen. Die 150 km zijn amper 2 uurtjes rijden. 3 met de kleine omwegen om iets te zien bijgerekend. En dus ga ik op weg. Na 15 km stop ik al omdat er drie watervallen naast mekaar van de berg vallen. Of nee, eigenlijk zijn er twee waar het water gewoon omhoog lijkt te gaan. De wind dus. Mooi denk ik en maak een paar foto’s.

En eigenlijk had ik het toen moeten weten, maar de wind kwam vanuit zee en niet veel later zou ik langs de andere kant van de berg rijden en dus beschut voor de wind. Dat dacht ik dus. Onderweg stop ik nog om te kijken naar golven die metershoog spatten als ze op de rotskust inbeuken. Schitterend, maar van de moto durf ik intussen al niet meer afstappen. Die waait zo om. Als ik terug vertrek waait op een bepaald ogenblik mijn voorwiel zonder waarschuwing 20à 30 cm opzij. Gelukkig had ik geen snelheid op dat moment. Het scheelt geen haar of ik had er gelegen. Nu werd het echt spannend. Bij momenten is mijn weghelft echt niet genoeg en ik durf soms amper 40 per uur rijden. Maar nog eventjes denk ik en dan zit ik aan de luwe kant van die berg. Berg die totaal omhuld is met wolken en waar je dus niets van ziet. Al zeker de gletsjer niet. Trouwens, om te kijken heb ik geen tijd meer. Alle aandacht is nu op de weg gericht. Want die andere kant van de berg is zo mogelijk nog erger. En nergens, maar dan ook nergens kan je even gaan schuilen of uit de wind gaan staan. Als ik stop waait de moto bijna om en dus blijf ik maar verder slingeren. Dit heb ik nog nooit meegemaakt.

 

De zee ziet wit van de golfkoppen, maar verder heb ik daar geen aandacht voor. Het is telkens een korte opluchting als er eens een stukje vangrail langs de baan staat. Die geeft me iets beschutting zodat af en toe de armen kunnen ontspannen. Maar ze beginnen pijn te doen. Tot overmaat van ramp begint het ook nog te regenen. Mijn broek is doorweekt, de handschoenen loopt het water uit en de koude is bijtend. Terugkeren is al lang geen optie meer en dus moet ik verder.

Zo meteen moet ik die heuvel over en ik begin serieus bang te krijgen. Niet zonder reden want die heuvel van amper 300 meter hoog was niet te doen. Wind die van alle kanten tegelijk leek te komen. Hier was ik er zeker van onderuit te gaan en dus hou ik de snelheid laag en steeds in mijn hoofd dat ik in geval van zeker niet moet proberen de boel recht te houden. Ook blijf ik zoveel mogelijk het midden van de weg aanhouden. Hier wil je niet een paar meter naar beneden tuimelen. En alsof het nog niet erg genoeg was verandert de asfaltbaan ook nog eens in een verharde weg met kuilen plassen en veel fijn grind.
Als ik het nu schrijf kan ik er wel mee lachen, maar deze namiddag allerminst. Ik denk maar aan een ding; de andere kant bereiken en dan ben ik zo goed als thuis. Was natuurlijk al vergeten dat het dan nog eens 20 km langs de kust rijden was. Opnieuw langs die drie watervallen van het begin van de rit. Alleen heb ik deze keer gewoon niet opzij durven kijken. Bij het hostel aangekomen sta ik de eerste vijf minuten te trillen op mijn benen. En dat niet van de kou. Zo snel mogelijk een warme douche genomen en daarna een half uur geslapen om te bekomen.
Veel later zal ik lezen dat een Nederlands koppel hier van de moto gewaaid zijn en met een helicopter naar de kliniek in Reykjavik gevoerd werden.

Het waait nog steeds erg hard en de vooruitzichten zijn niet goed. Ik heb drie routes klaar liggen om morgen in Borgarnes te geraken. De originele van 250 km omdat ik nog altijd die gletsjer en andere punten die ik vandaag overgeslagen heb wil zien. Eentje van 150 waarbij de uitzichtpunten niet worden aangedaan, maar ik wel wil proberen op de gletsjer te geraken. En dan is er de noodroute van 105 km. Korter kan niet en ik zou het echt wel jammer vinden die te moeten nemen. Maar er hangt nu eenmaal een zware storm boven Noord en West IJsland. Daar is niets aan te doen. Ik mag nog van geluk spreken nu niet meer in de Westman-fjorden te zitten, want daar moet het echt wel spoken op dit moment. Het mag ook niet erger worden of mijn reisschema zal aangepast moeten worden. Voor zover dat zelfs maar mogelijk is. Gelukkig trek ik langzaam richting Zuiden van het eiland en daar zou het weer beter zijn.

Toch wil ik benadrukken dat ik nog geen seconde spijt heb van deze reis. Want zo zou het nu kunnen lijken natuurlijk. Nee, dit is zo’n mooi eiland, dit had ik absoluut niet willen missen. En een zonneslag zoals twee jaar geleden in Griekenland riskeer ik hier echt niet!

<
TERUG   VERDER
Dag 1
Dag 2
Dag 3
Dag 4
Dag 5
Dag 6
Dag 7
Dag 8
Dag 9
Dag 10
Dag 11
Dag 12
Dag 13
Dag 14
Dag 15
Dag 16
Dag 17
Dag 18
Dag 19
Dag 20
Dag 21
Dag 22
Dag 23
Dag 24
Dag 25
Dag 26
Dag 27
Dag 28
Dag 29
Dag 30
Dag 31
Dag 32

Alle Foto's

Gastenboek