De zon laat zich zien...

Dag 21

5 juli 2014

Borgarnes - Reykjavik

142 Km

Of het die worsten uiteindelijk geweest zijn zal ik nooit weten, maar het eten smaakte me bijzonder goed en dat maakte de dag al voor een flink stuk beter. Als daar dan ook nog eens een deftige nachtrust op volgt voel je je de volgende dag herboren. En last but nog least zag de hemel er een heel stuk beter uit als de laatste dagen. Ook aan de struik die ik vanuit mijn kamer zag bewoog geen blaadje. Al zal er daar toch nog wat ‘prut’ in mijn ogen gehangen hebben, want uiteindelijk was het nog niet windstil. Verre van, maar wel veel aangenamer dan voordien.
De storm is blijkbaar voorbij. Ook nu weer weet de bijzonder vriendelijke receptioniste me te vertellen dat het echt uitzonderlijk is het weer van de laatste dagen. Die wind, die regen… ook de IJslanders zelf zijn het meer dan beu. Een echte troost is het niet, maar voor diegenen die na mij zin zouden hebben IJsland te bezoeken zou het jammer zijn indien dit verhaal hen van gedacht zou doen veranderen. Want het blijft de moeite waard om hier op bezoek te komen.

Goed op tijd ga ik de baan op met als doel vandaag: Reykjavik. De hoofdstad. Niet dat ik echt zo enthousiast was om hier te verblijven, maar uiteindelijk ben ik wel blij dat twee overnachtingen door de IJslandspecialist werden voorgesteld. De weg ernaartoe kan je via een toltunnel nemen, maar het is goed weer en ik beslis de omweg rond de walvisbaai te rijden. Een basis die in de tweede wereldoorlog als brandstofdepot diende lijkt nog nieuw en is nog steeds in gebruik. Nu voor burgerdoeleinden natuurlijk. Er staat nog steeds een straffe wind waardoor het onmogelijk is te zien of er een walvis in de baai opduikt, maar ooit was er een walvis-verwerkingscentrum in deze baai.

 

Bij de rivier “Laxa i Kjos” (nee ik verzin die namen niet zelf) hou ik halt voor een paar foto’s. Het is serieus koud, maar toch zie ik meerdere zware jeeps in de buurt van de rivier staan. Allemaal met de speciale hengelhouders op dak en spatbord gemonteerd. Ze zijn duidelijk aan het speuren of de zalm al aan zijn trek bezig is. De meeste hengels zitten nog in de houders en hoe ik ook speur, ik zie nergens een vis in de stroomversnellingen omhoog springen. Het is vermoedelijk nog te vroeg en vooral te koud nu het dooiseizoen zo lang op zich heeft laten wachten. Deze rivier zou gekend zijn als een van de betere zalmrivieren. Na het maken van de gebruikelijke foto’s, keer ik een stukje terug en neem de weg richting Thingvellir. Een vergissing blijkt al snel. Niet dat de weg te slecht is, maar de wind lijkt weer op te komen zetten en als ik voor me uit kijk is de hemel pikzwart geworden.

Omdat Thingvellir ook de volgende dag kan bezocht worden maak ik rechtsomkeer. Langs de kust verder rijdend blijf ik droog terwijl het op meerdere plaatsen duidelijk aan het regenen is. Deze keer kan ik er beter van genieten.

Het is zaterdag en de brede baan richting hoofdstad lijkt een verlaten dorpsweg. Allé, dat is een beetje overdreven, maar druk is het totaal niet. Blijkbaar zijn ze toch niet echt gewend een moto daar te zien, of is het de Belgische nummerplaat, maar ik heb wel wat bekijks. Al zou het natuurlijk ook de staat van de moto kunnen zijn. Die ziet vuil alsof hij van zijn leven niet meer proper geraakt. Modder van onder tot boven. Zelf zie ik er ook niet veel beter uit. Mijn laarzen zijn eerder bruin dan zwart en het stof blijft er maar vanaf waaien. Maar kom, het is verlof voor iets hé.
Het hostel is deze keer niet in slaapzakaccomodatie, maar met een gemaakt bed en ontbijt inclusief. Het wordt snel gevonden, maar niet na eerst langs de waterkant het beroemde beeld van het Vikingschip gezocht te hebben. Een foto ervan maken met de moto ervoor durf ik niet vanwege de wind. Een omgevallen moto is geen zicht natuurlijk. De volgende dag lukt die foto wel. In het hostel ben ik vroeg genoeg om lekker te douchen en even uit te rusten.

Daarna is het tijd om de stad een beetje te verkennen. De beroemde Halgrimskirkja ligt twee straten verder en ook Laugavegur,dé winkelstraat, is echt vlakbij. Gelegen is het hostel in elk geval perfect voor wie de stad wil zien. Die winkelstraat is wel bijzonder. Allerlei winkels, boetiekjes en veel kroegen en resto’tjes zijn er te zien. Maar wat het bijzonder maakt is eigenlijk het feit dat deze straat verwarmd wordt. Ze hebben hier natuurlijk stoom genoeg onder de grond zitten, maar toch. In de winter zijn weg en voetpaden altijd ijs- en sneeuwvrij dus. Nu is het behoorlijk fris, maar de zon laat zich zien en voor een IJslander is dat genoeg om armen en benen te ontbloten. T-shirts en korte rokjes bij iets van een 12°, ik zie het in België nog niet gebeuren.
Terwijl ik de straat uitloop op zoek naar een restotje voor straks, speelt het Belgische elftal haar kwartfinale in Brazilië. Op een bepaald moment stap ik een pub binnen en kan zo de laatste 5’ van de match meemaken. Grote schermen overal en Engelse zenders.. dit is verdorie een Irish Pub. Dus bestel ik een grote Guinness, en betaal 1400 ISK (iets van een 10 €) Gelukkig is het Happy Hour en is de tweede gratis.


In de pub zitten een paar mensen met de Belgische kleuren op hun wang… Inderdaad, Belgen dus. Ik maak een kort praatje met hen, maar steek er niet veel van op. De Amerikaan en zijn vriendin praat ik wat langer mee. Zij zijn halfweg hun reis en hebben nog twee maanden om Noorwegen, Finland, Rusland en nog een paar landen te bezoeken. Ik schat hen iets van een 25 jaar. Leuk stel en aangename babbel. Maar eten moet ik ook nog. Uiteindelijk beslis ik een pizzeria op de straathoek van het hostel te nemen. Goedkoper dan het specialiteitenrestaurant waar ik met belangstelling het menu las. Maar de gefermenteerde haai durf ik echt niet aan te beginnen. Voor toeristen hebben ze dat als appetizer. Vier happen van dat spul en een glas Nationale Brennivin. Zelfs die Brennivin durf ik niet in het openbaar proberen. En van die haai heb ik al gehoord dat je de scherpe smaak tot in je maag en verder kan “volgen”. Nee, pizza dus. En lekker dicht bij de deur zodat ik na de warmte van het resto niet te ver meer door de kou moet. Als ik binnen ga zie ik pas dat het verdorie een afhaaltent is. Maar ja, nu teruglopen heb ik geen zin in. Ik bestel een pizza en hoor dat ik 20’ later mag terugkomen. Dat kan er ook nog wel bij. Maar hij is wel lekker en het moet gezegd dat ik op mijn kamer zelfs een keukentje heb en dus alle gerief om deftig te eten. Alleen zal ik de volgende dag met pizzageur wakker worden…

<
TERUG   VERDER
Dag 1
Dag 2
Dag 3
Dag 4
Dag 5
Dag 6
Dag 7
Dag 8
Dag 9
Dag 10
Dag 11
Dag 12
Dag 13
Dag 14
Dag 15
Dag 16
Dag 17
Dag 18
Dag 19
Dag 20
Dag 21
Dag 22
Dag 23
Dag 24
Dag 25
Dag 26
Dag 27
Dag 28
Dag 29
Dag 30
Dag 31
Dag 32

Alle Foto's

Gastenboek